|
UWV Kennisnieuwsbrief |
|
Arbeidsparticipatie arbeidsbeperkten daalde sterker door corona
|
Door de coronacrisis daalde de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking in de eerste helft van 2020 sterker dan die van de totale Nederlandse bevolking, zo blijkt uit de Monitor arbeidsparticipatie arbeidsbeperkten van UWV. 'Mensen met een arbeidsbeperking horen vaak tot de zwakkeren op de arbeidsmarkt en zoals in elke crisis worden de zwaksten op de arbeidsmarkt het hardst getroffen', zegt Ed Berendsen, senior kennisadviseur bij UWV. ‘En de Participatiewetters die onder de doelgroep banenafspraak vallen het hardst van allemaal. Hun arbeidsparticipatie daalde met 5%’, vult zijn collega Margreet Stoutjesdijk, ook senior kennisadviseur, aan.
Daalde de arbeidsparticipatie van de totale Nederlandse beroepsbevolking als gevolg van de coronacrisis in de eerste helft van 2020 met 1,1%, voor mensen met een arbeidsbeperking lag die daling tussen de 2,5 en 5%. ‘Het is niet zozeer dat arbeidsbeperkten vaker hun baan verloren dan gemiddeld, het verschil wordt vooral veroorzaakt doordat zij door de crisis lastiger aan het werk komen’, zegt Stoutjesdijk. 'Dat is niet verrassend, in tijden van crisis zijn werkgevers altijd terughoudend met het aannemen van mensen, verduidelijkt Berendsen.'
Tijdelijk werk
'Het zijn de mensen met een tijdelijk contract die het hardst geraakt worden door de crisis', zegt Stoutjesdijk. ‘En juist mensen met een arbeidsbeperking werken vaker dan gemiddeld op basis van tijdelijke contracten. Bovendien werken Wajongers en Participatiewetters uit de doelgroep banenafspraak vaak uitgerekend in die sectoren die het meest te lijden hebben onder de coronacrisis, zoals horeca en catering, detailhandel en overige commerciële dienstverlening.’
Algemene beeld monitor
In de monitor is de arbeidsparticipatie van vier verschillende groepen arbeidsbeperkten onderzocht: Wajongers, WGA’ers, WIA-35-minners en Participatiewetters die onder de banenafspraak vallen. In 2019 nam voor het eerst in jaren het aandeel werkende Wajongers af, een ontwikkeling die door de coronacrisis is versneld. In de eerste helft van 2020 daalde hun arbeidsparticipatie met 2,6% in vergelijking met 2019.
Voor WGA’ers ligt dat percentage ongeveer gelijk, hun participatiegraad nam over die periode af met 2,5% ten opzichte van eind 2019. Met daarbij de aantekening dat voor voormalig werknemers die in de WGA zijn beland het effect van de coronacrisis gering is. Zij hadden tijdens hun eerste twee ziektejaren een werkgever die hun loon doorbetaalde en voor hun re-integratie verantwoordelijk was. Ze konden daardoor vaak weer bij hun oude werkgever aan de slag. Voor de zogenaamde voormalig vangnetters ligt dat anders. Zij hadden geen werkgever meer en kregen een Ziektewet-uitkering. Nam in 2019 hun arbeidsparticipatie nog met 1,2% toe, in de eerste helft van 2020 daalde deze met 1,3%.
Met de Participatiewetters die onder de banenafspraak vallen ging het de afgelopen jaren de goede kant op. Steeds meer mensen uit het doelgroepregister vonden een baan. Maar corona gooide roet in het eten. In de eerste helft van 2020 daalde dit percentage werkenden met 5%: van 46,5% naar 44%. Zij zijn de groep die door corona het hardst wordt geraakt.
Wat kunnen we straks verwachten?
'Aan het werk zijn is één, aan het werk komen is een ander verhaal', benadrukt Berendsen. 'Het Centraal Planbureau denkt dat we in de tweede helft van dit jaar uit de crisis komen. Maar mensen met een arbeidsbeperking worden vaak als laatste aangenomen. Als de economie inderdaad in de tweede helft van dit jaar weer aantrekt, staan zij vermoedelijk opnieuw achteraan in de rij voor een nieuwe baan.' 'En hoe langer zij aan de zijlijn staan, hoe kleiner de kans dat zij weer een baan vinden. Sommige mensen met een arbeidsbeperking lopen een grote kans hun werkvaardigheden te verliezen. Dat maakt het voor hen straks nog lastiger om aan te haken,' besluit Stoutjesdijk. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|