|
UWV Kennisnieuwsbrief |
|
Arbeidsmarkt herstelt in de loop van 2021 en 2022
|
Voorspellen is lastig, zeker in coronatijden. Vorig jaar was de onzekerheid over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt dermate groot dat UWV besloot af te zien van de jaarlijkse prognoses over de arbeidsmarkt. Met het einde van de tunnel in zicht is de draad weer opgepakt. Een half jaar later dan gebruikelijk kwam UWV in januari 2021 met nieuwe prognoses en onlangs verscheen de UWV arbeidsmarktprognoses 2021–2022, met als voornaamste conclusie dat het voor dit jaar verwachte economisch herstel pas in 2022 zal leiden tot meer banen.
Nog steeds zijn er volop vraagtekens over de economie en de arbeidsmarkt. Hoe staan bedrijven ervoor? Het afgelopen jaar is mede dankzij de steunmaatregelen van de overheid het aantal faillissementen beperkt gebleven. Maar wat als binnen afzienbare tijd die steunmaatregelen aflopen? En hoe zal de internationale handel, cruciaal voor een open economie als Nederland, zich ontwikkelen? En, het zwartste scenario, wat zal het effect zijn van een nieuwe virusvariant waartegen vaccins minder beschermen? Menno de Vries, als arbeidsmarktadviseur betrokken bij de UWV arbeidsprognoses 2021–2022: ‘We baseren ons op de ramingen van het Centraal Planbureau (CPB). Van de 3 door het CPB geschetste scenario’s hebben we ook ditmaal gekozen voor de zogenaamde basisraming. Op basis van deze raming maken wij in samenwerking met de onderzoeksbureaus SEOR en Bureau Louter een prognose over de arbeidsmarkt. De prognoses zijn in de eerste plaats bedoeld om beleidsmedewerkers van de diverse overheden te ondersteunen, maar ze zijn ook interessant voor bijvoorbeeld werkgevers- en werknemersorganisaties.’
Toename gewerkte uren
De CPB-basisraming gaat uit van een economische groei van 2,2% dit jaar en van 3,5% in 2022. Dat is een fikse opsteker na het dramatische coronajaar 2020 waarin de economie met 3,7% kromp. Enigszins verrassend was dat ondanks die forse krimp de werkloosheid relatief laag bleef. Weliswaar daalde het aantal gewerkte uren in 2020 met 3,4%, de afname van het aantal banen beperkte zich tot 0,4%. De Vries: ‘Dankzij steunmaatregelen als NOW en TVL behielden veel mensen hun baan. De hardste klappen op de arbeidsmarkt vielen in het tweede kwartaal van vorig jaar, in het bijzonder in sectoren als horeca, cultuur, recreatie en sport, de schoonmaakbranche en vervoer en opslag. Maar,’ vervolgt hij, ‘in de tweede helft van het vorige jaar toonde de economie zich verrassend veerkrachtig en de verwachting is dat die ontwikkeling zich in 2021 en 2022 zal doorzetten. Tijdens de coronacrisis is alles anders dan normaal. Vrijwel altijd gaat een toename van het aantal gewerkte uren hand in hand met een toename van het aantal banen. Nu niet, onze prognose is dat in 2021 het aantal gewerkte uren met 2% zal toenemen, maar dat het aantal banen pas in 2022 met 1,3% groeit.’
Verschil in sectoren
De eerste 5 maanden van dit jaar boden nog weinig verlichting voor onder meer de horeca- en cultuursector, schoonmaakbedrijven en vervoerders. De Vries: ‘Het omzetverlies dat zij in die periode hebben geleden, wordt dit jaar niet meer goedgemaakt. Het aantal gewerkte uren zal in die sectoren toenemen, maar wij voorzien geen banengroei. Deze sectoren gaan mogelijk wel meer gebruikmaken van uitzendkrachten.’
De uitzendbranche en arbeidsbemiddeling, een sector die traditioneel als eerste reageert op veranderingen in de economie, doet het wel goed. ‘Wij verwachten dit jaar al een fikse groei in deze sector. Dat geldt ook voor het openbaar bestuur, het onderwijs, de financiële sector en de industrie.’ Laatstgenoemde sector herstelde zich na de zomer van 2020 opmerkelijk snel, aldus De Vries: ‘Maar we moeten voorzichtig zijn. De Nederlandse industrie is sterk afhankelijk van de ontwikkelingen in het buitenland. Die voorzichtigheid geldt eigenlijk voor de hele economie en de arbeidsmarkt. Ondanks dat de vooruitzichten redelijk gunstig zijn, is de onzekerheid nog groot. Dat geldt helemaal voor de raming van het aantal WW-uitkeringen. Op basis van de verwachtingen van het CPB uit maart ging UWV uit van zo’n 300.000 uitkeringen aan het eind van 2021. Maar de WW daalt inmiddels al 3 maanden op rij. Het CPB komt eind juni met een tussentijdse raming. Tot nu toe ontwikkelde de werkloosheid in deze crisis zich steeds gunstiger dan werd verwacht, laten we hopen dat die ontwikkeling zich voorzet.’ |
|
|
|
|
|
|
|
|
|